
Mathijsen zwaar teleurgesteld in verlies finale
Joris Mathijsen (39) verloor in 2010 als speler de WK-finale met Oranje, bijna negen jaar later weet hij ook hoe het voelt om als clubbestuurder een eindstrijd te verliezen. Ondanks het mislopen van de KNVB-beker is Willem II bezig met een knappe opmars, wat zeker ook op het conto van technisch directeur Mathijsen mag worden geschreven. Een uitgebreid gesprek over clubliefde, hoofdpijndossiers en ambities. ‘Mijn doel is om hier écht iets neer te zetten.’
Willem II-aanvoerder Jordens Peters was in de aanloop naar de KNVB-bekerfinale tegen Ajax nog zo hoopvol. Twee dagen voor die eindstrijd, precies op de dag dat hij 32 jaar werd, verzekerde hij dat hij die avond geen verjaardagsfeest zou geven. ‘Nee, ik wil iedereen uitnodigen voor zondag, 20.00 uur. Dat lijkt me een mooie tijd om een feestje te vieren’, voegde hij daar met een ondeugende grijns aan toe. Op het door de captain genoemde tijdstip was er inderdaad een feestje, maar door de 0-4 zege van Ajax was Peters niet meer dan een onuitgenodigde gast, die van een afstandje sip moest toekijken hoe de Amsterdammers de dennenappel de lucht in staken.
Vanaf de tribune van De Kuip keek Joris Mathijsen al even gedesillusioneerd toe. In het stadion waar hij zijn laatste stappen als speler zette, had hij zondag het eerste échte succes in zijn nieuwe carrière willen vieren. Mathijsen begon in 2016, een jaar na zijn voetbalpensioen, als technisch manager van Willem II. Nog geen jaar later werd hij zelfs directeur, hij nadert inmiddels het einde van zijn derde seizoen als technisch eindverantwoordelijke in Tilburg. Met succes, want Willem II maakt stappen: van een grijze Eredivisie-muis tot een frisse ploeg in de bovenkant van de middenmoot. Wat was de beker in dat opzicht een mooie bevestiging geweest. ‘Natuurlijk hebben we verloren van een absoluut geweldig Ajax dat nu Europese top is, maar dat neemt niet weg dat dit een bittere teleurstelling is’, sprak Mathijsen na afloop. ‘We hadden allemaal het gevoel dat er iets speciaals stond te gebeuren, het leefde ontzettend. Voor Willem II was dit de eerste prijs geweest sinds 1963. Dat we die niet gepakt hebben, doet pijn.’