
Gery Vink: ‘Maximale eruit halen’
‘Zondag heb je dezelfde actie, wat een verschrikkelijk goede bal!’ Het stemgeluid van Gery Vink schalt na een prachtige actie van Ché Nunnely over het trainingsveld achter het Koning Willem II stadion. Even eerder wordt dezelfde Nunnely op een fout gewezen. ‘Verdikkeme!’ Ook dat is Vink: complimenteus en ook hard als het moet. Na de training mag Rick Zuijderwijk op ruim tien meter aanleggen. Als hij Gery poort, krijgt hij vijf euro. Hij mist nipt. Als Vink wil weglopen, roept Bart Nieuwkoop hem terug. Die ‘raakt’ wel en wordt in de armen gesloten door Vink. ‘Rick, betaal jij dan Bart?’, knipoogt hij naar Zuijderwijk.
Ruim voor de later grote namen van Vitesse, PSV en Ajax opkijken naar ‘meneer Vink’, is Gery het nakomertje in het Betuwse gezin Vink. Zijn ouders werken hard en Gery moet vaak helpen op het land. Zijn hart klopt echter maar voor een ding: voetbal. ‘Vaak bedacht ik redenen om niet met mijn vader mee te gaan zodat ik kon voetballen’, vertelt de assistent-coach in zijn riante Betuwse woning. Het loont: op vijftienjarige leeftijd maakt Vink in 1980 de overstap naar het beloftenelftal van FC Wageningen. Die Gelderse club is drie jaar eerder overigens de grote plaaggeest het dan ongeslagen PSV. Het verslaat de Eindhovenaren in een bekerduel met 1-6: nog altijd de grootste thuisnederlaag ooit voor PSV.
Columbus Travel Magazine
Naast zijn voetbalcarrière, die hij later vervolgt bij Rheden, TEC en VV Lunteren, steekt de Betuwnaar ook energie in een andere baan. Hij komt in de sales terecht en krijgt werk als commercieel directeur bij Sportweek, dat later NUsport wordt. Deze ervaring neemt Vink mee als hij samen met twee compagnons een tijdschrift opricht: Columbus Travel Magazine. In dat blad komen reizen aan bod, waarvoor redacteuren wekenlang op zoek gaan naar unieke locaties. Zelfs Floortje Dessing solliciteert er nog, vertelt Vink trots. Inmiddels hebben de compagnons hun aandelen verkocht en focust Vink zich alleen nog op voetbal.
Weg naar Tilburg
‘Het is Joris Mathijsen geweest die me naar Willem II haalde’, begint Vink over hoe hij in Tilburg verzeild raakt. Hij wordt door de technisch directeur benaderd als de Betuwnaar een ‘rustperiode’ heeft ingelast. Bij Ajax zwaait hij af: hij wil meer tijd spenderen met zijn gezin. Die wens laat hem zelfs het aankloppende Bayern München weigeren. ‘Ik vond het wel prima en genoot van mijn ‘oudemannentijd’, zoals ik dat nu noem. Samen met mijn vrouw erop uit trekken: wandelen met de honden of fietsen in de buurt. Na jaren een werkweek van tachtig uur wilde ik tijd nemen voor de stuwende kracht achter mijn gezin: mijn vrouw Jans.’
Naar Willem II
Toch weet Mathijsen Vink te enthousiasmeren voor een gesprek. Van ’s morgens vroeg tot het begin van de avond zitten de mannen bij Vink thuis aan tafel. ‘Vanaf het eerste moment klikte het tussen Joris en mij. Ik had direct een goed gevoel en dat is de reden dat ik gelijk stond te trappelen om bij Willem II te beginnen.’ Na de aanstelling van Adrie Koster als hoofdcoach en wederom een goed gesprek aan dezelfde tafel bij Vink thuis is de kogel écht door de kerk: hij wordt assistent-coach bij Willem II.
In het hart
Om zijn werk als assistent-trainer goed te kunnen doen, investeert Vink in persoonlijke banden. ‘Ik ga heel diep met spelers. Daar bedoel ik mee: ik probeer in hun hart te komen. Dan kun je kritisch naar elkaar zijn’, vertelt onze huidige assistent in 2017 aan StadsTV Tiel. Ook de beleving van spelers is erg belangrijk voor Vink. ‘Ik wil dat spelers het gevoel hebben dat ze een onvergetelijk jaar hebben gehad. Daar zorg ik bij Willem II niet alleen voor: ook Adrie Koster, Harald Wapenaar en Chima Onyeike spelen daarin een grote rol. Spelers moeten terugkijken met het gevoel: dit heb ik nooit eerder meegemaakt.’ In zijn tijd bij de jeugdopleiding van Ajax worden ook alle ouders aan het begin van het seizoen uitgenodigd in Kesteren. Het is elke keer weer een groot succes. ‘We fietsten naar de Grebbeberg om daar trappen op te lopen en daarna hadden we een barbecue. Dat soort ervaringen, waarbij iedereen uit zijn comfort zone is, maken het speciaal’, vertelt Vink.
Goed gevoel en advies
Damil Dankerlui, die eerder onder Vink speelde bij Ajax O19, koestert ook warme herinneringen aan de barbecues bij Vink thuis, waarbij hij zijn moeder en broertje kon meebrengen. Daarnaast noemt de verdediger Vink een van de beste coaches waarmee hij heeft gewerkt. ‘Hij zit zeker in mijn top drie, samen met Marcel Keizer en Jaap Stam. Gery geeft iedereen een goed gevoel, maar geeft ook fijn advies. Zo heeft hij mijn trap en pass zeker beter gemaakt.’
‘Nooit te oud’
Bij Willem II is Vink ook close met teammanager Jos van Nieuwstadt. Samen spelen zij geregeld een potje voetvolley. Die combinatie tussen volleybal en voetbal wordt geregeld uitgevoerd als techniektraining, maar bekoort ook de stafleden. ‘Uiteindelijk zit daar een beetje sentiment in. Onder het mom: je bent nooit te oud om mee te spelen’, legt Vink desgevraagd uit. ‘Het is wel écht strijd. Als twee kleine, ondeugende jongens spelen we partijen op het scherpst van de snede. Dat vind ik enorm leuk, al merk ik wel dat het op mijn leeftijd lastiger wordt.’ Vorig seizoen was Van Nieuwstadt dan ook de gelukkige winnaar: Vink trakteerde hem en zijn vrouw op een etentje in Den Bosch.
Vink vs. Van Nieuwstadt
‘We begonnen met een inzet van twee euro per potje’, vertelt Van Nieuwstadt. ‘Maar we wilden toch iets leukers tegenover een winstpartij zetten. Zo is het idee ontstaan om met zijn vieren uit eten te gaan. Op kosten van de verliezer.’ In het huidige voetvolleyseizoen, dat tussen augustus en mei loopt, staat Vink nog voor op Van Nieuwstadt. ‘Op de buitenvelden is Gery beter omdat we dan op een kleiner veld spelen.’ Vink geeft inderdaad toe dat hij meer moeite heeft met de binnenvariant. ‘Misschien dat hij daarom nu ook even de boot afhoudt’, lacht Van Nieuwstadt. Het fanatisme van Vink – vooral de wil om niet te verliezen – is zowel bij voetvolley als op het trainingsveld goed zichtbaar. ‘Ik weet nog dat ik hem voor het eerst op het veld zag lopen’, herinnert Van Nieuwstadt zich. ‘Daar staat hij echt in zijn kracht. Hij geeft spelers de juiste aandacht, maar laat ze ook niet wegkomen met een foutje. Het maximale moet eruit gehaald worden en dat eist hij ook van zichzelf.’